De doodssprong die er geen zou mogen zijn

Deze column verscheen afgelopen vrijdag op DeMorgen.be 

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: adieu.

 ‘Adieu’. Het waren volgens een ooggetuige de laatste woorden van Marie (87) en Emmanuel (86) toen ze zondagmiddag hand in hand van de negende verdieping van een appartementsgebouw in De Panne sprongen. Hulp kon niet meer baten.

Hulp, dat wilde het bejaarde echtpaar ook niet meer. Hun wanhoopsdaad was een uitdrukkelijk ‘nee’ tegen het leven dat ze sinds kort noodgedwongen moesten leiden.

Jaren geleden hadden ze het binnenland voor de kust verruild. Van het groen van Brasschaat trokken ze naar het blauw van de zee. Ze verloren er hun hart en vestigden zich definitief in hun appartement in Residentie Amadeus. Maar eind vorig jaar begon het zelfstandige leven zwaar te worden. Hun huisarts zei dat alleen wonen niet langer een optie was. Volgens sommige buren hadden Marie en Emmanuel vaak hulp nodig, omdat een van hen onwel was geworden of zwaar was gevallen. Daarom zou de familie hen in een rusthuis geplaatst hebben.

Hun situatie daar vonden ze uitzichtloos. Regelmatig nog keerden ze terug naar hun appartement, waar ze ooit zo gelukkig waren. Misschien hadden ze er zicht op zee. Misschien kon de weidsheid daarvan hen even doen vergeten dat ze alleen nog in gisteren en niet langer in morgen geloofden. Maar zeer zeker zal die terugkeer naar hun oude thuis het mes nog dieper in de wonde hebben geduwd. Toch begrijp ik hen: hun verhuis had hen gebroken, en vertoeven in de herinneringen van weleer kon hun gebroken hart weer even lijmen.

Ik probeer me voor te stellen hoe ze elkaar zondag na het middageten in de ogen keken en zonder woorden wisten dat het tijd was. Hoe ze hun schoenen en jas aantrokken en de deur een laatste keer achter zich dichttrokken (zij of hij?). Klaar voor een laatste wandeling naar Residentie Vroeger. Klaar voor een laatste keer zeelucht in hun longen. Klaar voor een laatste blik op de golven – daar, op die negende verdieping, waar zelfs Engeland aan hun voeten lag.

Maar het leven deed dat niet meer. Hoe ten einde raad moeten die twee mensen niet geweest zijn dat ze zoveel moed bij elkaar konden schrapen om hun stramme lijf en leden tot op de hoogste verdieping van hun appartementsgebouw te bewegen? Zal een van hen nog geaarzeld hebben? Zullen ze hebben afgesproken wie het eerst sprong en zo de ander zou meenemen? Of zal een een kneepje in elkaars hand het signaal geweest zijn om de laatste voet vooruit te zetten?

Hun ‘adieu’ laat me niet los. Ik hoor hun laatste woord wegwaaien met de zeewind, maar toch blijft het hangen. Het is een adieu die ons aller adieu kan zijn. Een adieu aan een leven waar iedereen voor vreest: in een rusthuis, op een plek waar we niet kunnen aarden, waar we misschien met verkleinwoorden worden aangesproken, waar de ramen te klein zijn en de maaltijden voorspelbaar. Emmanuel en Marie hadden nog elkaar. Toch wisten ze dat een van hen ooit zou achterblijven, en dan nog op die plek waar ze nooit van zouden kunnen houden.

Hun adieu heeft maar één keer weerklonken, maar in mijn hoofd hoor ik al de hele week de echo. Het is een echo die me vertelt dat we mensen de levensmoe zijn het recht op waardig sterven moeten geven. “Een voltooid leven kan nooit een reden zijn voor euthanasie.” Dat zei het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek in een nieuw advies eind vorig jaar. “‘Als de federale parlementsleden het belangrijk vinden om tegemoet te komen aan de vraag van gezonde burgers om hun leven te beëindigen, dan zullen ze daartoe een andere wet in het leven moeten roepen.”

Ik hoop dat ze dat doen. Als je vindt dat het genoeg geweest is, moet je het recht hebben je leven voltooid te noemen en die woorden ook in daden om te zetten. Niemand, niemand, niemand zou ervoor een lift naar de negende verdieping moeten nemen.

Het leven is vurrukkulluk

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: vurrukkulluk.

Ik was veertien en had nog maar een paar weken een volwassenenkaart voor de bibliotheek van mijn thuisstad. Lang had ik daarop gewacht, want de boeken voor jongeren, die zich op de bovenverdieping bevonden, had ik waarschijnlijk allemaal gelezen. Lees verder

Noemt u mij voortaan gerust ‘woordenvoeder’

Deze column verscheen vrijdag op DeMorgen.be

lke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week zijn dat er maar liefst vijf: bloemenhoeren, gevoelsaanstellerij, spaarlampgeneratie, induffelen en woordenvoeder.

Soms is het een heuse zoektocht om een geschikt #WoordvandeWeek te vinden, maar de voorbije dagen werd het me wel erg gemakkelijk gemaakt: maar liefst vijf woorden verdienen voor mij een plaats op het hoogste schavotje. Lees verder

Morgen terug naar de good old Blandijnberg

En of ik goeie herinneringen heb aan ‘de Blandijn’, en aan mijn studententijd. Teletijdmachine, wo bestu bleven?

Ter gelegenheid van 200 jaar UGent organiseert mijn universiteit een lezingencarrousel van auteurs die ooit hun rok of broek versleten aan de Blandijnberg. Morgen zijn Guido Van Heulendonk en ikzelf aan de beurt.

Toegang gratis. Meer info: https://www.ugent.be/nl/agenda/1503412674815

Zonder seks kunnen we leven, maar een te grote huidhonger doet ons wegkwijnen

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be

 Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: huidhonger.

 Het lijkt wel een beetje zoals met Sinterklaas en kerstmis: elk jaar wordt het erger. Ik heb het over de commercie rond Valentijn, die ons ook nu weer overspoelde nog voor februari goed en wel begonnen was. Rozen, taarten in hartvorm en dure etentjes in een restaurant vol zeemzoeterige knuffelrockmuziek. Lees verder

Waarom zit alcohol nog altijd in een joepiesfeertje?

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be 

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: alcohol.

Als ik de woorden ‘Tournée Minérale’ hoor, denk ik vaak aan hem. Aan de jongeman uit mijn stad die ik het voorbije jaar vaak zo dronken over straat zag waggelen dat ik bang was dat hij ter plekke zou neervallen. Soms – zoals alcohol dat met mensen als geen ander kan – werd hij overmoedig en reed hij op zijn fiets naar huis. Eén keer knalde hij me bijna omver. Ik riep, maar hij leek afgesloten van de wereld – zoals alcohol dat met mensen ook als geen ander kan. Lees verder

Met woorden zal ik mezelf weer aan mekaar lijmen

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: voornemen

Geen woord dat tijdens de eerste week van januari zo vaak wordt uitgesproken als dit: voornemen.

Mensen nemen zich aan het begin van een onbeschreven jaar vanalles voor. Stoppen met roken. Beginnen met sporten. Ze kijken terug op 365 dagen waarin ze daar niet of niet voldoende in zijn geslaagd. Omdat 1 januari ons collectief het gevoel heeft dat we gratis en voor niets een schone lei in handen krijgen, schrijven we er in ons sierlijkste handschrift maar wat graag ‘voornemens’ op. Het is een woord als een mild stuk zeep waarmee je na een lange fietstocht het zweet van je lijf wast. Lees verder

Laat met de sneeuw ook uw sneeuwsnoet niet wegsmelten

#WoordVanDeWeek: sneeuwsnoet

25346632_10155892348204344_992034764_o (1).png

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: sneeuwsnoet.

Bijna iedereen heeft erover geschreven. Over de sneeuw die twee dagen lang het land stillegde. Bijna iedereen heeft er foto’s over gepost. Over het tapijt dat tuinen toedekte en landschappen ijzingwekkend mooi maakte.

Waarom zou ik er dan nog iets over zeggen? Omdat het moet. Omdat ik maandag de mooiste dag van het jaar vond. Omdat het een dag was waarop stilte en traagheid konden zegevieren in een maatschappij die anders uitblinkt in lawaai en jachtigheid. Lees verder

Had Vlaanderen maar evenveel respect voor zijn dichters als voor zijn wielrenners

Junkieverdriet-1

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be

#WoordVanDeWeek: junkieverdriet

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: junkieverdriet.

Ik heb de voorbije week twee keer sneller dan normaal met mijn ogen geknipperd. De eerste keer was toen ik las dat het graf van de Vlaamse dichter Jotie T’Hooft (1956-1977) in Oudenaarde nog steeds geen beschermd monument is. Zijn graf zorgde onlangs voor ophef op de gemeenteraad: er was discussie of men het al dan niet zou opnemen op de lijst van het funeraire erfgoed. Lees verder